Peter Moerenhout
Aya uit Yopougon nr. 6 - Marguerite Abouet & Clément Oubrerie
*****
(Uitgeverij L, € 15,95)
Afrika kan me maar matig interesseren. Sterker, na Antarctica is Afrika mijn minst favoriete werelddeel. Toch heeft de reeks Aya uit Yopougon, die zich grotendeels in Ivoorkust afspeelt, me goed gesmaakt. Dat is een spijtige zaak want op dit zesde deel staat vermeld dat dit het (voorlopige) laatste deel is.

De reeks wordt geschreven door Marguerite Abouet, een Afrikaanse die vlakbij Parijs woont, en getekend door haar man Clément Oubrerie. Marguerite woonde zelf tot haar twaalfde in de wijk Yopougon in Abidjan. Ze weet dus waarover ze schrijft. Toch is dit geen autobiografisch werk. Alle personages en verhalen zijn verzonnen. Enkel de sfeer en manier van leven zijn uit het leven gegrepen. Dat is een plus voor lezers die geboeid zijn door Afrika. De strips zitten ook tsjokvol met de gebruiken, gewoontes en beroepen van onze Afrikaanse broeders. Maar zoals ik al zei, dat doet het niet voor mij.

Mijn liefde voor deze reeks werd vooral opgewekt door de personages en de verhalen. Abouet presenteert ons een zeer uitgebreide cast van vrienden, geliefden, familie en collega’s en verweeft hun levens op kundige wijze met elkaar. Je zou het een soap kunnen noemen, al zijn de verhalen van hoger niveau dan die van soaps op tv. Die verhalen slagen erin om, zonder al te prekerig over te komen, aan een aantal “grote” thema’s te raken: migratie, homoseksualiteit in Afrika, leerkrachten die hun handen niet kunnen thuishouden, enzovoort. Nooit vergeet Abouet echter wat een goede vertelling maakt: spanning, humor en geloofwaardigheid. De humor zit hem vooral in de onhandigheid van de mannen. Het is overduidelijk dat de vrouwen de broek dragen in Afrika. De meeste mannen denken dat ze het heertje zijn maar in feite blijken ze knullige kerels die nooit echt volwassen geworden zijn. Vrouwelijke lezers zullen zich deze strips zonder twijfel laten smaken. Macho’s zonder relativeringszin gelieve zich te onthouden. Wat eveneens bijdraagt tot de humor zijn de met talloze Afrikaanse spreekwoorden doorspekte dialogen. Zeg nu zelf, een gezegde als: “De adem van een grijsaard stinkt, maar zijn woorden niet”, dat is toch om vingers en duimen bij af te likken?

Oubrerie hanteert een krasserige tekenstijl met zeer veel fijne lijntjes die vreemd genoeg toch weids en open aandoet. De inkleuring heeft daar veel mee te maken. Het kleurrijke palet roept veel sfeer en levendigheid op.

De oplettende lezer heeft op dit punt door dat deze recensie eigenlijk niet over het zesde deel van deze reeks gaat maar over de serie zelf. Wie de reeks kent heeft waarschijnlijk alle delen al in huis en hoeft niet meer overtuigd te worden. Maar u daar, diegene die de reeks niet kent, laat u overtuigen en geef het eerste deel een kans. Sterker nog, als u zichzelf al dat heen en weer geloop naar de stripboer wilt besparen, koop meteen alle delen. Zelfs als Afrika u koud laat zullen de personages uw hart verwarmen.

Peter Moerenhout schrijft strips, schrijft over strips en interviewt stripmakers. Hij schrijft ook nog andere dingen en maakt muziek. Ga gerust eens kijken op zijn blog. Het doet geen pijn.