Peter Moerenhout
Schijn bedriegt - Cyril Bonin
*****
(Blloan)
Als je een adaptatie vanuit een ander medium nuttigt, dan heb je meestal een streepje voor als je het bronmateriaal niet kent. Je zit meer in het verhaal als je niet constant zit te denken dat het origineel beter was. Er zijn vast wel mensen die From Hell een entertainende film vinden bijvoorbeeld en dat is hij ook, maar als je de strip gelezen hebt aanvaard je geen substituut. Schijn bedriegt is een adaptatie van een boek uit de jaren veertig van Marcel Aymé. Nog nooit van gehoord, dus dat zit wel snor.

Adapteurs van werk waar ik (en het grootste deel van de mensheid) nog niet van gehoord heb, krijgen bij mij ook altijd iets meer krediet. Ik wil dan namelijk geloven dat ze adapteren om het bronmateriaal te eren en niet om een snelle cent te verdienen over de rug van Alan Moore, de auteur van de Knight Rider-tune of een ander. Schijn bedriegt van Cyril Bonin begint met een scène die je meteen bij de lurven grijpt. Een man komt één of andere vergunning aanvragen en het blijkt dat de foto’s die hij mee heeft genomen niet op hem gelijken. Alle betrokkenen denken dat het om een vergissing gaat, maar er is iets vreemders aan de gang. De man, een simpele kerel met simpele trekken, is plotseling en zonder aanwijsbare reden veel knapper en jonger geworden. In die mate zelfs dat niemand hem nog herkent. Een zeer interessant uitgangspunt, Kafka nog aan toe!

De man merkt al gauw de voordelen van zijn nieuwe uiterlijk, namelijk mooie jongedames die plots verliefd op hem worden. Maar al snel begint hij te beseffen wat deze metamorfose betekent voor zijn huwelijk, gezin en firma. De man blijft niet bij de pakken neer zitten en onderneemt stappen om wat van hem is terug te winnen. Er wordt geen tijd verspild aan het zoeken naar een verklaring voor zijn conditie. Daar draait dit boek ook niet om. Waar het om gaat is wat er zich afspeelt op psychologisch vlak. Zo probeert hij zijn eigen vrouw opnieuw te verleiden. Maar wat als dat lukt? Dan bedriegt ze hem eigenlijk tegelijkertijd… Deze strip is tekstzwaar, iets wat men kan verwachten van een adaptatie van een roman, maar nergens slaat dat door. Ondanks de lappen beschrijvende tekst, een bijna constante monoloog van het hoofdpersonage, is dit boek spannend, een ware pageturner zelfs.

De taal die wordt gebruikt in de strip, en dus waarschijnlijk eveneens in de roman, is bovendien sierlijk en elegant zonder echter aan vorm meer betekenis te verlenen dan aan inhoud. Af en toe duikt er een pareltje op, zoals de zin die het boek afsluit na het onverwachte einde. De tekeningen van Bonin zijn grillig en karikaturaal en passen, net als het vrij beperkte kleurenpalet van appelblauw, zeegroenen en bruinen, bij de sfeer en de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. Het feit dat het boek zich meer dan zeventig jaar geleden afspeelt in Parijs geeft het ook een extra exotisch tintje mee. Schijn bedriegt inderdaad, de cover van dit boek is niet meteen heel aantrekkelijk, maar de inhoud is dat des te meer.